Het bij de meeste Gentenaars bekende Oord der Gefusilleerden of de ‘Terechtstellingsplaats der voor den kop geschotenen 1914-1918’ is gelegen aan de Offerlaan, op de plaats waar de stedelijke schietbaan voor de Burgerwacht was gevestigd. Deze schietbaan werd omstreeks 1858 gebouwd tussen de huidige Martelaarslaan en de Henleykaai. Het geheel bestond uit een lange en smalle schietstand en schietgaten in het achtergebouw, haaks op de Martelaarslaan. Het eigenlijke schietveld bevond zich daarachter en reikte tot aan de Neermeerskaai. Dit deel omvatte drie artificiële heuvels waartegen de doelen stonden opgesteld. Tijdens WO I werd de schietbaan door de Duitse bezetter gebruikt als militaire schietstand en in de periode van 10 oktober 1914 en 10 november 1918 ook als executieplaats. In totaal werden hier 52 mensen gefusilleerd waarvan 3 uit Moerbeke Waas nl. de gebroeders Verschraegen en Honoré David.
Bij de ‘voor den kop geschotenen’ waren ook drie vrouwen: Leonie Rammeloo (1890-1917), Emilie Schatteman (1890-1917) en Marie Prudence De Smet-Preenen (1873-1917). Vrouwen waren tijdens WO I erg actief in het verzet. Het Oord der Gefusilleerden werd in 1932 door Koning Albert I ingehuldigd. In 1943 staken SS’ers uit Brussel het herdenkingsoord in brand. Na WO II stelden de overlevenden van 1914-1918 alles in het werk om het Oord weer op te richten. Op zondag 6 september 1953 werd het Oord der Gefusilleerden door de zoon van koning Leopold III, prins Albert van Luik, heropend.
Bron: Gent-Bezette stad tijdens WO I (fietstocht en wandelroute)
Dienst Monumentenzorg en Architectuur Stad Gent